Spellingoefenen.nl: Spelling oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Taaloefenen.nl: Taal oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Sommenoefenen.nl: Sommen oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8
Redactiesommen.nl: Cito rekenen met verhaaltjessommen


Naam: ___________________________________       Niveau: Groep 7 - Eind


1
Wie van de kinderen heeft de kleinste breuk opgeschreven?
X 
      Jari: 3/10    
      Damian: 7/20    
      Leon: 2/5    
      Maurits: 1/2    
2
De familie van Maurits moet 300 kilometer rijden. Ze hebben
3/4
deel gereden, voordat ze gaan eten. Hoeveel kilometer moeten ze na het eten nog rijden?
_______________________75_______________________ kilometer
3
Sophia drinkt
5/6
deel van een glas water,
4/6
deel van een glas cola en ook nog
1/6
deel van een glas appelsap leeg. Hoeveel glazen heeft Sophia leeg gedronken?
Schrijf hiernaast een heel getal en een breuk
1
  
2
3
4
De hotelovernachting kost € 250,-. Maud betaalt tijdens de boeking al
2/5
deel. Hoeveel euro moet Maud later nog betalen?
_______________________150_______________________ euro
5
Op Koningsdag verkoopt de bakker in een half uur tijd
37/6
oranjetaart. Hoeveel hele taarten zijn dit?
_______________________6_______________________ hele taarten
6
Voor een recept gebruikt Amira 1,75 kilo suiker. Hoeveel kilo suiker gebruikt Amira?
Schrijf hiernaast een heel getal en een breuk
1
  
3
4
7
De politie van Amsterdam heeft in een week tijd 2500 boetes uitgedeeld.
3/5
waren boetes voor het rijden door het rode licht. Hoeveel boetes waren dat?
_______________________1500_______________________ boetes
8
Voor een recept heeft Carmen
3/5
liter water klaarstaan. Ze gebruikt
3/10
liter. Hoeveel liter heeft ze nog over?
Schrijf hiernaast een breuk
3
10
9
7/9
van alle 360 auto`s houden zich in de dorpsstraat aan de snelheid. Hoeveel auto`s zijn dat?
_______________________280_______________________ auto`s
10
Het vakantiehuis kost € 2500,- voor twee weken. Bij de boeking moet je
3/5
euro vooraf betalen. Hoeveel euro is dat?
_______________________1500_______________________ euro