Spellingoefenen.nl: Spelling oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Taaloefenen.nl: Taal oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Sommenoefenen.nl: Sommen oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8
Redactiesommen.nl: Cito rekenen met verhaaltjessommen


Naam: ___________________________________       Niveau: Groep 6 - Eind


1
Wessel spaart stickers en heeft al 1414 stickers. Hij plakt 7 stickers op een bladzij. Hoeveel bladzijden met stickers heeft Wessel?
_______________________202_______________________ bladzijden
2
De vader van Noud maakt een terras van 156 tegels. Het terras bestaat uit 12 rijen. Hoeveel tegels komen er per rij?
_______________________13_______________________ tegels
3
In een chocolaterie worden 216 bonbons gemaakt. Deze worden verdeeld over 12 doosjes. Hoeveel doosjes worden er gevuld?
_______________________18_______________________ doosjes
4
De vader van Wout moet € 1463,- betalen voor de tegels van het nieuwe terras. Per vierkante meter kosten de tegels € 7,-. Hoeveel vierkante meter wordt het nieuwe terras?
_______________________209_______________________ vierkante meter
5
In de snoepwinkel worden 168 kauwgomballen verpakt. In een zakje gaan 14 kauwgomballen. Hoeveel zakjes kunnen er gemaakt worden?
_______________________12_______________________ zakjes
6
De lampenfabriek maakt 1616 lampen. Ze worden per 8 stuks verpakt in en doos. Hoeveel dozen met deze lampen heeft de lampenfabriek?
_______________________202_______________________ dozen
7
Bij de jaarbestelling komen 1463 nieuwe schriften binnen. Deze worden verdeeld over 7 klassen. Hoeveel schriften krijgt iedere klas?
_______________________209_______________________ schriften
8
De bloemist heeft 119 rozen. Deze worden gebundeld in bossen van 7 rozen. Hoeveel bossen rozen maakt de bloemist?
_______________________17_______________________ bossen
9
Een bloemist gaat naar een beurs om de voorraad aan te vullen. De bloemist koopt 640 zakjes met tulpenbollen. In een doos zitten 8 zakjes. Hoeveel dozen met zakjes krijgt de bloemist?
_______________________80_______________________ dozen
10
Elise moet van de juf thuis meer hardop lezen. Aan het eind van een week heeft ze 75 minuten gelezen. Per keer leest ze 3 minuten. Hoeveel keer heeft Elise gelezen?
_______________________25_______________________ keer