Spellingoefenen.nl: Spelling oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Taaloefenen.nl: Taal oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Sommenoefenen.nl: Sommen oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8
Redactiesommen.nl: Cito rekenen met verhaaltjessommen


Naam: ___________________________________       Niveau: Groep 6 - Eind


1
Jim gaat met zijn moeder winkelen. In een kledingwinkel moeten ze € 128,50 betalen. Hoe kunnen ze precies gepast betalen?
x_____ 1_____  x_____ 1_____  x_____ _____  x_____ 1_____  
x_____ 1_____  x_____ 3_____  x_____ _____  x_____ _____  
2
Jamie koopt een ijsje met 4 bolletjes. Hij moet € 2 betalen. Hoeveel euro kost het per bolletje?
_______________________0,50_______________________ euro
3
De boekhandel verkocht in het afgelopen uur 10 keer hetzelfde kinderboek van € 9,95 per stuk en ook nog 4 volwassenboeken van € 24,95 per stuk. Voor hoeveel euro verkocht de boekhandel ongeveer?
_______________________200_______________________ euro
4
Een bakje aardbeien kost € 2,75. En 5 kilo aardappelen € 7,35. Hoeveel euro kost dit samen?
_______________________10,10_______________________ euro
5
De moeder van Merel koopt 5 entreekaartjes van € 9,99 voor de dierentuin en 5 bakjes met voer van € 4,99 per stuk. Hoeveel euro moet de moeder van Merel ongeveer betalen?
_______________________75_______________________ euro
6
Kai gaat quad rijden met zijn broers. Ze huren de quads en moeten € 425,50 borg betalen. Hoe kunnen ze precies gepast betalen?
x_____ 2_____  x_____ _____  x_____ _____  x_____ 1_____  
x_____ _____  x_____ 1_____  x_____ _____  x_____ 1_____  
7
De winkelier verkoopt 3 kledingstukken voor € 32,50, € 29,50 en € 39,95. Voor hoeveel euro verkoopt de winkelier?
_______________________101,95_______________________ euro
8
Elena is aan het oefenen met geld tellen. Ze moet een bedrag van € 645,95 neerleggen. Hoe kan ze dat doen?
x_____ 1_____  x_____ 1_____  x_____ 2_____  
x_____ 1_____  x_____ _____  x_____ 1_____  x_____ 2_____  
x_____ 1_____  
9
Julia krijgt van haar oma € 4,60. De helft gaat in haar spaarpot. Van de andere helft koopt ze iets leuks. Hoeveel euro gaat in haar spaarpot?
_______________________2,30_______________________ euro
10
Jochem gaat met zijn vader uiteten. Zijn vader geeft deze briefjes en muntjes bij het afrekenen. Hoeveel euro kostte het etentje voor hun samen?
_______________________134,45_______________________ euro