Spellingoefenen.nl: Spelling oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Taaloefenen.nl: Taal oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8 Sommenoefenen.nl: Sommen oefenen voor groep 3,4,5,6,7 en 8
Redactiesommen.nl: Cito rekenen met verhaaltjessommen


Naam: ___________________________________       Niveau: Groep 7 - Midden


1
Lenn koopt 6 eikenbalken van 5 meter. Per meter moet hij € 50,- betalen. Hoeveel euro moet Lenn betalen?
_______________________1500_______________________ euro
2
De bananen wegen 1,3 kilo per tros. De groenteboer verkoopt 10 trossen. Hoeveel kilo bananen zijn dat in totaal?
_______________________13_______________________ kilo
3
Bij de jaarbestelling komen 217 nieuwe schriften binnen. Deze worden gelijk verdeeld over 7 klassen. Hoeveel schriften krijgt iedere klas?
_______________________31_______________________ schriften
4
Stella staat te wachten op haar vriendin. Hoe laat is het nu?
      kwart over 8    
      14 minuten voor 8    
      14 minuten over 7    
X 
      14 minuten over 8    
5
Hugo heeft deze briefjes en muntjes gespaard van zijn zakgeld. Hoeveel euro heeft Hugo?
_______________________455,65_______________________ euro
6
In een nieuwbouwwijk worden 4 huizen gebouwd. Deze huizen kosten € 250000,- per huis. Wat wordt er in totaal betaald voor deze huizen?
_______________________1000000_______________________ euro
7
In het schap bij de bouwmarkt staan 5 rijen met 5 dozen schroeven. In elke doos zitten 210 schroeven. Hoeveel schroeven zijn dit in totaal?
_______________________5250_______________________ schroeven
8
Het advertentiekrantje heeft 7 bladzijden met 5 advertenties per bladzijde. Per advertentie wordt € 150,- betaald. Hoeveel euro kosten alle advertenties bij elkaar?
_______________________5250_______________________ euro
9
Een vakantiehuis in Zeeland wordt verhuurd voor € 75013,- per week. In de achterliggende tijd is het huis 12 weken verhuurd geweest. Hoeveel euro heeft de huur in totaal opgebracht?
_______________________900156_______________________ euro
10
Thijn heeft € 75605 op zijn spaarrekening. Rond dit bedrag af op een duizendtal.
_______________________76000_______________________ euro